Succesvolle afronding onderzoek om nesten te besparen
maart 2024
Het Buijtenland van Rhoon heeft in 2023 een subsidie gekregen om ervoor te zorgen dat vogelnesten niet worden weggeschoffeld in het broedseizoen. Door middel van een slim algoritme zou de schoffelmachine de verstopte nesten tussen de gewassen moeten herkennen en sparen. De eerste fase van het project is nu afgerond en de uitkomst is verrassend succesvol.
Foto: Projectleider Janne Kool van WUR, gebiedsbeheerder Arjan Ponsen van BvR, onderzoeker Frank Majoor van Sovon
Algoritme leren om nesten te herkennen
Schoffelmachines zijn een duurzame vervanging van chemie om onkruid weg te halen. Het nadeel is dat nesten die verstopt zitten tussen het gewas over het hoofd worden gezien. Projectleider Janne Kool van WUR bedacht daarom een manier om deze nesten met behulp van een algoritme te sparen. Samen met Sovon onderzoek Nederland verzamelde ze in het Buijtenland van Rhoon foto’s van nesten die AI moest leren herkennen. Janne Kool: “Doel was om te laten zien dat je wel degelijk vogelnesten kan detecteren op de foto’s.”
Lees hier meer over het project.
Data verzamelen
Hierbij zijn vier vogelsoorten meegenomen: de kievit, schoolekster, gele kwikstraat en veldleeuwerik. Vooral de gele kwikstaart weet zijn nesten goed te verstoppen. Het resultaat van het onderzoek was daarom des te verrassender vertelt Janne Kool.
Illustratie van hoe de data wordt verzameld en geanalyseerd. In de bovenste serie is handmatig aangegeven waar de nesten zitten. De onderste serie is door het algoritme beoordeeld. De meeste nesten worden door het algoritme herkend.
95% succes
“Hoewel we maar een kleine dataset hadden, wist het algoritme 95% van de nesten juist te herkennen. Van te voren hadden we verwacht dat de nesten van de kwikstaart en veldleeuwerik moeilijk te zien waren, maar ook die werden meestal herkend door het algoritme.” Daarnaast waren er weinig false positives. Dit betekent dat een akkerbouwer geen gewasverlies heeft op het moment dat hij dit algoritme zou gebruiken. Het succes komt volgens Janne Kool omdat AI steeds beter is. Dankzij het succesvolle resultaat kan het project naar de volgende fase.
Verschillende agrariërs in het Buijtenland van Rhoon hebben aangegeven mee te willen werken met het uittesten van het algoritme. Janne Kool: ”Als dit een succes blijkt, kunnen we enorm veel nesten redden!”
Testfase met nepeieren
De volgende fase van het project bestaat uit het uittesten van het algoritme op schoffelmachines. Daarvoor wordt gezocht naar samenwerkingen met bedrijven. Verschillende agrariërs in het Buijtenland van Rhoon hebben aangegeven mee te willen werken met het uittesten van het algoritme. Zij zijn enthousiast over de mogelijkheden en zouden het algoritme willen gebruiken zodra het beschikbaar is. Tijdens de testfase zal er worden gekeken naar machine-technische dingen als hoe snel de machine nog kan rijden en hoe makkelijk het algoritme te implementeren is. Uiteindelijk komt de validatie. Dat gebeurt in eerste instantie met nepeieren om geen risico te lopen. Janne Kool: ”Als dit een succes blijkt, kunnen we enorm veel nesten redden!” Ook de agrariërs in het Buijtenland van Rhoon hebben in de toekomst baat bij het gebruik van dit algoritme.
Oproep!
Janne Kool kijkt met plezier terug op het project. “Het leukste aan het project was het vinden van mijn allereerste kievitsnest toen ik met Frank Majoor van Sovon Onderzoek Nederland in het veld was. Daar kwamen theorie en praktijk mooi samen.”
Om het vervolgproject succesvol uit te voeren, roept Janne Kool de hulp in van vogelaars en bedrijven die willen samenwerken. Vogelaars kunnen foto’s van nesten insturen om de data verder aan te vullen. Hier lees je hoe de nesten het beste te fotograferen zijn.
Bedrijven zoals machinebouwers of andere belanghebbenden kunnen helpen om het algoritme uit te gaan testen. Interesse? Neem contact op via janne.kool@wur.nl
Dit project is een samenwerking van het Buijtenland van Rhoon met ‘Boerderij van de toekomst’ (een samenwerking tussen het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en Wageningen University & Research (WUR)), Sovon en het Louis Bolk Instituut en kwam tot stand dankzij een subsidiebijdrage van ‘Kansen voor West'.