Historische rassen hoogstamboomgaarden

Tegenwoordig zien wij nog maar een paar soorten appel- en perenrassen in de winkel, terwijl er veel meer soorten bestaan. In het Buijtenland van Rhoon zijn daarom vijf kleine hoogstamboomgaarden aangelegd met historische appel- en perenrassen en andere fruit- en nootsoorten. Dit jaar worden er nog twee nieuwe hoogstamboomgaarden aangelegd. De extensieve boomgaarden hebben cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarden. Ze vormen het leefgebied voor vele vogelsoorten maar ook voor insecten en kleine zoogdieren. Typerend voor hoogstamboomgaarden zijn bijvoorbeeld de steenuil en de gekraagde roodstaart, die broeden in holen van oude fruitbomen. In de boomgaarden is een variatie van drieënveertig soorten appels, peren, pruimen, kersen en walnoten. Op deze pagina lees je welke rassen dat zijn.

Hoogstamboomgaard Buijtenland van Rhoon

Appelrassen

Van oudsher komt er in Nederland maar één wilde appelsoort voor. Deze inmiddels zeer zeldzame fruitboom geeft kleine harde appeltjes die nauwelijks te eten zijn. Toch is zij één van de stamvaders van de inmiddels duizenden verschillende soorten appelrassen. Die zijn ontstaan doordat mensen eeuwenlang verschillende rassen hebben gekruist. Door het verdwijnen van hoogstamboomgaarden zijn helaas veel rassen verloren gegaan, maar tegenwoordig proberen pomologische verenigingen zo veel mogelijk oude rassen in stand te houden.

Notarisappel

Notarisappel

In de hoogstamboomgaarden van het Buijtenland van Rhoon zijn ook verschillende oude appelrassen aangeplant, bijvoorbeeld de Notarisappel, één van de bekendste appelrassen van Nederland. Deze handappel dankt zijn naam aan een notaris in Lunteren die deze appel in de negentiende eeuw kweekte: Notaris Van den Ham. Fruittelers waren in Nederland destijds verdeeld in twee kampen: de ene groep hield vast aan de oude manier van kweken door enten en veredelen. De andere groep was ervan overtuigd dat fruitbomen op deze manier op den duur aan ziekten zouden bezwijken. Zij wilden daarom uit zaden nieuwe bomen verkrijgen. Notaris van den Ham was een bekend voorstander van deze zaailingteelt, en hij ontwikkelde op deze manier ook de Notarisappel. Dit appelras is met name geschikt als hoogstamboom. Sinds de opkomst van de laagstamfruitteelt wordt de Notarisappel dan ook niet meer commercieel gekweekt.

Bron: De Veluwnaar

 

Brabantse Bellefleur

Hoogstamboomgaard Buijtenland van Rhoon

Deze handappel behoorde voorheen tot een der meest verspreide variëteiten, kwam speciaal veel voor in de fruitcentra in Utrecht en Gelderland. In de IJsselstreek was het een der hoofdvariëteiten.

Bramley's Seedling

Hoogstamboomgaard

De Bramley is een uitstekende moesappel, welke zonder koeling de hele winter kan worden bewaard. De appel werd gewonnen door Bramley te Southwell en in de handel gebracht door Merryweather in 1876.

Glorie van Holland

Hoogstamboomgaard

De vrucht is al vroeg in de zomer mooi gekleurd en wordt daardoor eigenlijk te vroeg gebruikt. De vrucht is na de oogst eerst hard en zonder geur, maar de smaak wordt later in de tijd beter. De appel werd als zaailing gevonden door Haselbach te Rockanje rond 1880.

Gravensteiner

Hoogstamboomgaard

De Gravensteiner is een zeer oude algemeen bekende variëteit die maar weinig verbreid is. Vermoedelijk is hij afkomstig uit het dorp Gravenstein, Sleeswijk-Holstein en omstreeks 1760 in de handel gebracht.

Ingrid Marie

Hoogstamboomgaard Buijtenland van Rhoon

De Ingrid Marie is rond 1910 bij toeval ontstaan op de landbouwschool Flemløse op het eiland Funen in Denemarken. Leraar K. Madsen noemde de nieuwe appel naar zijn dochter. In 2003 bevestigden DNA-testen dat het een kruising was tussen Cox's Orange Pippin en Guldborg.

Keswick Codlin

Hoogstamboomgaard Buijtenland van Rhoon

Deze moesappel werd omstreeks 1790 gewonnen in Ulverstone, Tasmanië. De vrucht is vrij teer, zachtvleezig en moet met zorg worden behandeld. Hij kan over een langer tijdstip geoogst worden, door regelmatig de goed uitgegroeide vruchten uit te plukken.

Luntersche Pippeling

Hoogstamboomgaard Buijtenland van Rhoon

Deze handappel is een zaailing van de Lunterse zaailingvereniging die van 1837-1963 heeft bestaan. Rond 1900 werd de appel in de handel gebracht. De vrucht is goed houdbaar en herkenbaar aan de groene, ruwe en roestige schil.

 

Present van Engeland

Hoogstamboomgaard Buijtenland van Rhoon

Deze handappel bestaat al lang in de Nederlandse cultuur. In de buitenlandse literatuur wordt hij niet aangetroffen en is dus vermoedelijk een inheemse variëteit.

Schone van Boskoop

appel Schone van Boskoop

Deze hand-, dessert- en keukenappel is vermoedelijk een Nederlandse soort, waarvan de herkomst niet meer met zekerheid is vast te stellen. De Schone van Boskoop is ook wel bekend als de goudreinet, één van de meest gekweekte rassen in Nederland.

Reinette van Zorgvliet

Appelrassen hoogstamboomgaard

De appel is vernoemd naar de buitenplaats Sorghvliet, dat sinds de 19e eeuw bekend is als landgoed Zorgvliet in Scheveningen. Hier staat het Catshuis. Deze uitgesproken winterappel is behoorlijk oud en werd al in 1758 beschreven.

 

 

Zoete Bloemée

Appelrassen hoogstamboomgaard

Deze handappel komt vermoedelijk uit Nederland en is een van de weinige zoete appels, die als handappel bruikbaar is.

 

Zoete Ermgaarde

Appelrassen hoogstamboomgaard

Deze handappel is vermoedelijk van Nederlandse herkomst en werd in 1864 al beschreven. Het is een goede, zoete winterappel, met een mooie kleur en goede houdbaarheid.

 

 

 

Hoogstamboomgaard Buijtenland van Rhoon

Cider Clos Renaux

ciderappels Buijtenland van Rhoon

Deze ciderappel is gekweekt in de jaren 1930 door Raffin in Bourgtheroude in het departement Eure in de regio Normandië in Frankrijk. Dit is een van de variëteiten die wordt gebruikt bij de productie van Calvados.

 

 

Cider Dabinett

Appelrassen hoogstamboomgaard

Deze Britse ciderappel werd gevonden door William Dabinett in de vroege jaren 1900. Hij groeide als een wilde zaailing in een heg in het Martock-Kingsbury gebied van Somerset (VK). Dit ras is echt bedoeld als ciderras en niet geschikt voor ander gebruik. De appels vallen van de boom zodra ze rijp zijn.

 

Cider Doux d' Argent

Appelrassen hoogstamboomgaard

Het sap van deze ciderappel is van uitstekende kwaliteit. Hij geeft een heel heldere en delicate cider. De appel zelf is zoet en aromatisch.

 

 

 

Cider Maron d' Onfroy

Gekraagde roodstaart

Het ras ontwikkelde zich in de regio Biskaje in Noord-Spanje. In de late jaren 1490 kwam het onder de aandacht van Marin Onffroy (Senior) op zijn weg terug naar Normandië van de kruistochten. Vervolgens vestigde hij de heerschappij van Saint-Laurent-Sur-Mer waar hij de appel in zijn boomgaard kweekte en vermeerderde. Van daaruit verspreidde het zich door de regio en werd het een van de meest gewaardeerde cidervariëteiten van Normandië.

 

 

Cider Marie Menard

Roodborsttapuit

Deze ciderappel werd gevonden als zaailing in een bundel producten gekocht door Marie Ménard op de boerenmarkt in Lamballe in de Côtes d'Armor langs de kust van Bretagne (Frankrijk) in 1910. Deze appel is een essentieel ingrediënt bij het maken van robuuste cider in Bretagne-stijl.

 

Cider Yarlington Mill

kneu

Een klassieke Engelse bitterzoete ciderappel. Gevonden in de late 18e eeuw als een wilde zaailing die wortel schoot tussen enkele rotsblokken bij de watermolen in Yarlington, North Cadbury, Somerset (V.K.). Het werd herplant in de tuinen van de molen en later vermeerderd en verkocht door de plaatselijke kwekerijeigenaar, Harry Masters.

 

 

 

Perenrassen

Van oudsher komt er in Nederland maar één wilde perensoort voor. Deze inmiddels bijna uitgestorven fruitboom geeft kleine harde peren die nauwelijks te eten zijn. Toch is zij één van de stamvaders van de inmiddels duizenden verschillende soorten perenrassen. Die zijn ontstaan doordat mensen eeuwenlang verschillende rassen hebben gekruist. Door het verdwijnen van hoogstamboomgaarden zijn helaas veel rassen verloren gegaan, maar tegenwoordig proberen pomologische verenigingen zo veel mogelijk oude rassen in stand te houden.

Winterrietpeer

Peer Winterjan

In de hoogstamboomgaarden van het Buijtenland van Rhoon zijn ook verschillende oude perenrassen aangeplant, bijvoorbeeld de Winterrietpeer. Reeds in 1488 werd in een aantekeningenboek van de abdij van Egmond melding gemaakt van rietperen. De naam rietpeer verwijst waarschijnlijk naar de bewaarmethode: in kuilen, uitgespreid op matten van riet of stro kon de peer tot in februari bewaard worden. De aromatische, zoete winterrietpeer is een stoofpeer, maar kan ook worden gedroogd, of gebakken in bijvoorbeeld pannenkoeken (vandaar ook wel de bijnaam ‘Pannekoekpeer’).

Bron: Wageningen University & Research

Beurré Hardy

Grasmus

Deze smakelijke, zoete Franse handpeer werd rond 1920 gewonnen door Bonnet te Boulogne-sur-Mer. Later werd hij in 1840 door Jamin, Bourg la Reine in de handel gebracht. Dit ras is niet zelfbestuivend en heeft andere perenbomen nodig voor de bestuiving.

Rode Williams

Grauwe klauwier

Dit is de rode variant van de Williams Bon Chrétien (ook wel Bartlett genoemd). De grote voorvechter, verspreider en naamgever van de peer is Richard Williams, lid van de London Society voor de tuinbouw. Hij verspreidde de peer via kastelen en kloosters over Engeland en Frankrijk. De rode Williams is een mutatie van de gele Williams Bon Chrétien.

Franse wijnpeer

Patrijs

Deze handpeer is al op jonge leeftijd vruchtbaar en kan op latere leeftijd grote oogsten geven. De vrucht heeft door zijn zeer slechte houdbaarheid zeer geringe waarde voor de handel.

Gieser Wildeman

Ransuil

Deze stoofpeer werd gewonnen door Wildemans nabij Gorinchem en midden vorige eeuw in de handel gebracht. De Gieser Wildemans behoort tot een van onze beste stoofperen.

Juttepeer

Spotvogel

De juttepeer werd al in de middeleeuwen in geschriften vermeld waaronder: In 1435 worden twee jueteperen geleverd voor de boomgaard van de abdij van Averbode. Hij wordt al eeuwen in Nederand geteeld; tot het begin van de twintigste eeuw was dit een populaire vrucht vanwege zijn fijne aroma en smeltende mondgevoel.

Kleipeer (winterjan)

Peer winterjan

De herkomst van de Kleipeer is onbekend. Het is vermoedelijk een inheemse variëteit, die al lang in onze cultuur is. Andere namen voor deze peer zijn: Mandjespeer en Weldrager.

Kruidenierspeer

Ransuil

Vermoedelijk is deze hand- en stoofpeer afkomstig uit Zuid-Holland en verspreid door de familie Kruidenier vanwaar de veel voorkomende naam Kruidenierspeer. Dit vroegrijpe ras rijpt zeer snel rijp en moet in enkele dagen geoogst worden.

Winterrietpeer

Spotvogel

De naam rietpeer verwijst waarschijnlijk naar de bewaarmethode: in kuilen, uitgespreid op matten van riet of stro kon de peer tot in februari bewaard worden. De aromatische, zoete winterrietpeer is een stoofpeer, maar kan ook worden gedroogd, of gebakken in bijvoorbeeld pannenkoeken (vandaar ook wel de bijnaam ‘Pannekoekpeer’).

Noordhollandse suikerpeer

Grauwe Vliegenvanger

Deze handpeer is vermoedelijk van Nederlandse oorsprong. Hij is niet vroeg vruchtbaar, maar draagt op latere leeftijd regelmatig en kan dan zeer grote oogsten geven. Hij behoort tot de vroegrijpende variëteiten.

Zoete Brederode

Gele kwikstaart

De herkomst van de Zoete Brederode, ook wel Valse Brederode of Rode Brederode genoemd, is niet bekend. Waarschijnlijk is deze variëteit rond 1800 ontstaan uit de zeer bekende oude, uit Nederland stammende stoofpeer Brederode. Tijdens het stoven wordt deze peer mooi donkerrood en krijgt een rinse smaak.

Bonne Louise

Kievit

De Bonne Louise behoort tot een van de fijnste dessertperen. De peer is zoet, aromatisch en heeft een licht zuurtje. Hij werd gewonnen door de Longueval te Avranches omstreeks 1870.

Zwijndrechtse wijnpeer

Velduil

Op de Zuid-Hollandse Eilanden zijn deze handperen al lang in cultuur. De peer rijpt op een gunstig tijdstip, waarop de meeste herfstperen zijn verdwenen. De vrucht is helaas slecht houdbaar.

Pruimen

Eldense blauwe

Blauwborst

De Eldense Blauwe werd gewonnen door Thomas Rivers te Sawbridgeworth omstreeks 1834. Dit pruimenras werd gewaardeerd omdat het zo vroeg rijp is, al laat de kwaliteit te wensen over.

Opal

Zomertortel

Dit is een vroeg rijpende pruim waarvan de vruchten kunnen worden geplukt vanaf begin augustus. Het is een fijne handpruim, maar ook uitermate geschikt voor compote en jam.

Mirabelle de Nancy

Veldleeuwerik

Een zeer oud ras van onbekende herkomst. Er zijn verschillende pruimenrassen die tot de mirabelgroep behoren. Mirabelvruchten zijn kleiner, ronder en zoeter dan de gewone pruimen.

Dubbele boerenwitte

Gele kwikstaart

Dit is een zeer oude pruim, vermoedelijk van Nederlandse herkomst. De vrucht is van goede kwaliteit en vroeger zeer gevraagd.

Reine Claude Verte

Kievit

Dit is een zeer oude pruim. De vrucht is van buitengewone kwaliteit en werd speciaal gevraagd voor de conservenindustrie. Beperkte vruchtbaarheid kan een probleem zijn bij deze soort.

Kersen

Early Rivers (vroege Duitse)

kersenbloesem

De tamelijk grote vruchten hebben rood vruchtvlees welke zacht, zeer sappig en zoet, met een zeer aangenaam en verfrissende smaak. De kwaliteit van het stuifmeel is zeer goed. Doordat deze kersensoort vroeg rijp is hebben de kersen geen last van de kersenvlieg.

Hedelfinger Riesenkirsche

Kwartelkoning

Deze soort werd vermoedelijk omstreeks 1850 als toevalszaailing in Hedelfingen, bij Stuttgart (Duitsland) gevonden. Het is de meest aangeplante kersenvariëteit ter wereld. Bij volledige rijpheid kleurt hij van donker kersenrood tot zwart.

Udense Spaanse

Bruine kiekendief

Uden staat van oudsher bekend als kersendorp. De "Udense Zwarte", "Udense Spaanse" en later ook de "bastaard Dikke" zijn befaamd. De Udense Spaanse is een lekkere zoete kers met geelrode vruchten. Een typische herkenning van de Udense Spaanse is het licht gekrulde blad. Het lijk op verdroging maar dat is het niet.

Walnoot

Broadview

Scholekster

Deze walnotensoort is afkomstig uit het dorpje Broadview, British Columbia (Canada). Daar gezaaid met zaad afkomstig uit Odessa (Oekraïne). Hij is goed winterhard; in British Columbia was deze boom zelfs bestand tegen temperaturen van -30 graden Celsius.

Buccaneer

Graspieper

Dit is een Nederlands ras afkomstig uit het Limburgse plaatsje Neer. De Buccaneer is niet vroeg vruchtbaar, maar wel heel erg gezond, en heeft geen last van bacterieziekten.

Coenen

Kwartel

Deze walnoot is afkomstig uit Veghel (Nederland) en heeft grote tot zeer grote noten met goede smaak.

Bronnen

De informatie over de rassen hebben we gehaald uit verschillende bronnen: wur library, Fruitbomen.net, Pomiferous, Fruitpluktuin, Stooffruit, Wikipedia, Halesia en npv-pomospost.

Aanleg van de hoogstamboomgaarden

Wil jij elke maand Buijtengewoon nieuws in je mailbox? Meld je aan voor de nieuwsbrief!

Flora-akkers

Flora-akkers

Veldleeuwerik

Veldleeuwerik

Wintervoedselveld

Torenvalk